100 jaar Inktpot
100 jaar geleden, op maandag 2 mei 1921, was de opening van De Inktpot, het derde Administratiegebouw van de Nederlandse Spoorwegen. De heer Kalff, directeur der Nederlandse Spoorwegen opende de plechtigheid met dank aan de Utrechtse burgemeester Fockema Andreae: ‘Wij hebben u het mooie Park Nieuweroord afgenomen, wij hopen het goed te maken door Utrecht, als gevolg van de vestiging van Nederlands grootste bedrijf, te maken tot een centrum van beweging en zakenleven. Op 3 februari 1918 is de heer Van Heukelom gestart met zijn ontwerp, drie jaar na de start bouw is het gereed.’ Directeur Kalff huldigde Van Heukelom het meest om de liefde waarmee hij het werk had gedaan, en bood hem een portret aan, van hem en zijn vrouw Henriëtte van Heukelom-Van den Brandeler, bij een kunstschilder naar keuze.
George en Henriette van Heukelom, Floris Verster 1922, Centraal Museum
Minister van Waterstaat König sprak ook voorafgaand aan de opening: ‘De heer Van Heukelom aan wiens scheppende vernuft wij reeds vele kloeke spoorwegwerken danken, heeft het voorrecht aan zijne spoorwegtechnische talenten te paren de kunstenaarsgaaf van de bouwmeester.’ Het dubbeltalent van Van Heukelom werd in 1917 beloond met een eredoctoraat van de TU Delft. ‘De geest van kloekheid en aanpakken in het groot spreekt uit het gansche gebouw, zoals zich voordoet. Door zijn rustige, strenge stijl wekt het een diepe indruk van vaderlandsche eenvoud en bezonnen kracht, van lust ook in den arbeid.’ Nadat de eere-wijn was rondgediend nodigde dr Van Heukelom het gezelschap uit voor een wandeling door het gebouw. Teruggekeerd in de commissarissenzaal kon men rusten van den vermoeienden tocht door het gebouw onder het genot van afternoon-tea.
HGB III: De Inktpot
Op de 2e mei 1918 was de bouw gestart, onder leiding van de latere bouwmeester Sybold van Ravestein. Architect van het gebouw was spoorwegingenieur George van Heukelom, beiden dus uit de eigen stal van de Nederlandse Spoorwegen. De Inktpot is het derde en bekendste hoofdgebouw van de NS en is een Rijksmonument.
In Utrecht staan drie monumentale kantoorgebouwen van de spoorwegen, gerealiseerd in respectievelijk 1871, 1895 en 1921. De eerste twee dateren uit de tijd van elkaar beconcurrerende spoorwegmaatschappijen. Het derde gebouw is gerealiseerd na de fusie van de Staatsspoorwegen en de Hollandse Spoorweg Maatschappij tot de Nederlandse Spoorwegen. In 1918 viel het fusiebesluit, gekozen werd voor complete vestiging in Utrecht. Een nieuw gebouw was nodig om ook de medewerkers uit Amsterdam te huisvesten. Op 8 februari werd het ontwerp goedgekeurd, in april stemde de gemeenteraad in met de verkoop van Park Nieuweroord en twee dagen later stond de bouwschutting om het terrein en werd gestart met de voorbereiding, het dempen van de vijver.
Hoe bouw je een kantoor (op de groei) voor bijna 1.500 medewerkers, in een tijd waarin bouwmaterialen schaars zijn zo vlak na de Eerste Wereldoorlog? Wie kan dat enorme gebouw neerzetten? De nieuwe NS had met de creatieve Van Heukelom de oplossing voor dit probleem: ‘We doen het zélf. We produceren eigenhandig 22 miljoen bakstenen door baksteenfabriek De Molenheide uit Schijndel en De Volharding in Zuilen over te nemen. We maken 4.000 kuub Limburgs eikenhout geschikt voor de bouw door een eigen timmerfabriek te openen. En we vervoeren alle bouwmaterialen zelf over het Utrechtse water door twee grote motorschepen aan te kopen’. Er was sprake van innovatief en circulair bouwen, zo bestaat de wapening van de fundering uit 21 kilometer aan oude spoorstaven. De 'blauwe' leem uit de omgeving van Schijndel verleende de baksteen de typisch paarsbruine kleur. Door de opmerkelijke vorm en de paarsbruine kleur van de baksteen, kreeg het gebouw in de volksmond de bijnaam 'De Inktpot'.
Van Heukelom met maquette.
Drs Wansink
Het gebouw stond binnen de NS bekend als Hoofdgebouw III (HGB III) en in de stad als ‘De Inktpot’. Het enorme complex meet 85 bij 105 meter, het werd hoofdkantoor, administratief centrum en tevens woonhuis voor enkele medewerkers, zoals de gezinnen van de conciërge, de portier en machinisten en conducteurs voor de eerste treinen in de ochtend. HGB III is ondergronds verbonden met HGB II. Het gebouw is in 1921 in gebruik genomen. In 2016 is de Inktpot overgenomen door ProRail.
De Inktpot markeert niet alleen de geboorte van de NS, maar ook die van Strukton. Na de succesvolle bouwwerkzaamheden is in 1921 de N.V. Het Spoorwegbouwbedrijf opgericht, het latere Strukton dat in 2010 is verzelfstandigd.
Andere Utrechtse werken van Van Heukelom.
Van Heukelom had een brede belangstelling. Hij wilde eigenlijk schilder worden, studeerde af in de civiele techniek en volgde later colleges bouwkunst. Ook had hij grote belangstelling voor filosofie en religie en was lid van een religieuze gemeenschap, waarvoor hij een kerk bouwde, de Woudkapel in Bilthoven.
In de jaren twintig werd Van Heukelom naast zijn werk voor de NS ook actief op het terrein van de restauratie van middeleeuwse kerken en andere monumentale gebouwen. Hij mocht dit werk naast zijn functie bij de Nederlandsche Spoorwegen doen. In 1922 werd Van Heukelom benoemd tot voorzitter van de commissie die belast was met de restauratie van de Utrechtse Domtoren. Zijn bevindingen uit onderzoek naar eerdere restauraties zou hij in 1929 publiceren in een boekje ‘De geschiedenis en herstellingswerken van den Domtoren te Utrecht tot 1929. In Van Heukeloms opvattingen moest het oude gebouw de architect ertoe inspireren de juiste keuzes te maken, ook waar het om aanvullende nieuwbouw ging. De steenhouwers kregen van hem de vrije hand, opdat zij vanzelf zouden komen tot passende details. Vanuit deze filosofie ontwierp hij de onderdoorgang en het Entreegebouw links van de toren, en het interieur van de Michaelskapel en de Egmondkapel. In 1931 was deze grootscheepse restauratie gereed. Andere restauraties die door Van Heukelom in Utrecht werden uitgevoerd, waren de regentenzaal van het Bartholomeus Gasthuis (1935), de Nicolaaskerk (vanaf 1940), de torens van de Buurkerk en van de Jacobikerk (vanaf 1940), en de Janskerk (1947).
Foto's: Spoorwegbouwbedrijf, A. Bratsch en H. Bouland, Het Utrechts Archief, de dronefoto’s zijn van Herre Wynia.
Om verder te lezen: Douma, Drie historische Spoorwegbolwerken in Tijdschrift Oud-Utrecht 2003, De Boer, De dynamiek van het hedendaagsche, Utrechtse architectuur rond 1919, en Smulders, De magie van het spoor, ‘De Inktpot’ als visitekaartje, beide in Jaarboek Oud-Utrecht 2019, USINE provincie Utrecht, Het Vaderland, 3 mei 1921