Nicolas Dings
'Ik streef naar poëzie in de derde dimensie'
'Ik probeer driedimensionaal commentaar te geven op wat er leeft in de samenleving'. Beeldend kunstenaar Nicolas Dings (Tegelen, 1953) laat zich, zeker in zijn vrije werk, vaak leiden door de actualiteit. Bijzonder is echter dat hij gebruik maakt van een beeldtaal die voortdurend verwijst naar andere tijden en andere culturen zoals de Griekse mythologie, de Italiaanse renaissance, de Nederlandse Gouden Eeuw of de hedendaagse tatoeagecultuur. Die beelden zitten niet alleen in zijn hoofd, Dings kan ook letterlijk putten uit de grote verzameling objecten die hij in zijn atelier bij elkaar heeft gebracht.
Dings ziet zichzelf vooral als waarnemer. 'Het gaat in mijn werk niet zozeer om persoonlijke fascinaties, maar om wat me treft in de samenleving. Als ik daar commentaar op wil leveren, komt het idee eerst. Het beeld dat ik dan in mijn hoofd heb, ga ik schetsen. Tijdens het schetsen en later het uitwerken treden er veranderingen op, dat is altijd een interessant en spannend proces.'
Verwacht bij Dings geen gewone realistische figuren. Neem twee beelden op de expositie 'Memory of de kunst van het vergeten' die tot en met 22 maart te zien is in het Stedelijk Museum Kampen. Bij de inrichting heeft Dings rekening gehouden met de aanslagen in Parijs, twee weken eerder. Het eerste beeld waarmee de bezoeker geconfronteerd wordt, is getiteld 'Eigen volk' en bestaat uit een guillotine en een beul met vogelkop. Titel en beeld kunnen bij de toeschouwer een hele reeks associaties oproepen: de Franse revolutie, Parijs en hedendaagse onthoofdingen. De beul doet denken aan de Egyptische valkgod Horus die de doden naar de onderwereld leidt.
Net als bij de meeste van Dings' sculpturen is er geen sprake van een eenduidig commentaar op de actualiteit. Het beeld is niet speciaal gemaakt vanwege de aanslagen in Parijs, maar het krijgt daardoor een nieuwe lading. Dings reikt de kijker steeds een aantal elementen aan en nodigt uit daar een eigen beeld van te maken of er beelden aan toe te voegen uit het collectieve geheugen. De titel, meestal expliciet, maakt onderdeel uit van dat spel van betekenissen. 'Eigen volk' en een guillotine: eigen volk eerst? betekent dat 'ander' volk doden? of ook ombrengen van ongewenste leden van het eigen volk? En wie hoort tot het eigen volk en wie niet? Dings: 'Als toeschouwer kun je je eigen verhaal in mijn werk projecteren en daarmee wordt het een geldige interpretatie.'
Sebastian (2014)
Vervreemdend en verwarrend werkt in dezelfde expositie het beeld van Sint Sebastiaan doorspietst met kleurpotloden: het werktuig van Charlie Hebdo doorboort in dit geval een christenmartelaar. Deze Sebastiaan maakte Dings in 2014 niet wetend dat het tekenpotlood als wapen tegen vijanden van vrije meningsuiting een jaar later onderdeel uit zou gaan maken van onze collectieve beeldtaal. Op de expositie in Kampen zijn ook enkele beelden te zien uit de 39-delige serie Tulipomania. Daarin verbindt Dings met veel klatergoud de VOC-handelsgeest en de speculatiedrift uit de 17e eeuw met de 21e-eeuwse geldzucht, bankencrisis en het najagen van de waan van de dag.
Dings, opgeleid aan de Stadsacademie in Maastricht en de Rijksakademie van beeldende kunsten in Amsterdam, was aanvankelijk schilder. 'De omslag van twee- naar driedimensionaal is geleidelijk gegaan en begon al na mijn eindexamen. Mijn schilderijen werden steeds "dikker" en ruimtelijker, ze groeiden letterlijk het platte vlak uit.' Het schilderen heeft Dings echter nooit losgelaten. Veel werk bevat geschilderde onderdelen, soms mini-versies van of verwijzingen naar beroemde meesterwerken. 'Wat vanuit het schilderen ook is meegegaan naar het maken van beelden is het gebruik van kleur. Zo ben ik bijvoorbeeld, uiteindelijk met succes, op zoek gegaan naar een andere patina [= de corrosielaag van brons] dan het traditionele groen of bruin.'
Ghostrider 11 (2009)
Wie de beelden van Dings van dichtbij bekijkt, wordt getroffen door het vakmanschap, de perfecte uitvoering. 'Techniek mag geen belemmering zijn voor wat ik wil en is ook ondergeschikt', zegt hij. 'Ik maak me met hulp van anderen nieuwe technieken meester, zoals het maken van keramiek in het Europees Keramisch Werkcentrum in Den Bosch of het blazen van glas, wat ik in Tsjechië heb geleerd. Ik schakel ook andere vakmensen in en ik weet waar ik moet zijn, als ik een beeld van drie meter in brons wil laten gieten of het in gietijzer uitgevoerd moet worden.'
In ongeveer dertig Nederlandse gemeenten is werk van Dings te vinden in de publieke ruimte. In Utrecht staat het 2,5 meter hoge beeld Guardian Angel (2007). Deze beschermengel, waarvan alleen het hoofd en de voeten realistisch zijn uitgebeeld, is gemaakt voor het kantoor van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) aan de Newtonlaan. De NZa houdt toezicht op zorgverzekeraars en zorgaanbieders.
Guardian Angel (2007)
Dings' bekendste en meest populaire beeld is dat van Spinoza (2008) in Amsterdam op zijn geboorteplek aan de Zwanenburgwal vlakbij het stadhuis. Dings zelf schrijft over zijn beeld: 'De bronzen figuur van de filosoof is gehuld in een mantel met attributen die refereren aan zijn denken over tolerantie, godsdienstvrijheid en vrijheid van meningsuiting en waarmee tegelijkertijd een brug wordt geslagen naar de huidige pluriforme samenleving.' Inmiddels is het een beeld van het volk geworden. 'Toeristen gaan er mee op de foto en politici van heel verschillende snit laten zich daar voor een tv-camera interviewen', zegt Dings, 'daar heb je dan verder als maker geen invloed meer op, maar dat hoeft ook niet'.
Spinoza (2008) (foto erfeniseuropa.nl)
Maken van een beeld voor de openbare ruimte stelt bijzondere eisen. Dings: 'Bij het ontwerpen speelt de locatie zeker een belangrijke rol. Je gaat een ruimtelijke relatie aan met de architectuur en de historie. Vaak is er rondom in een oogopslag werk van verschillende eeuwen te zien, dat het decor wordt van je eigen creatie. Daarnaast moet je rekening houden met heel praktische zaken. Het beeld moet schoon te maken zijn zonder het te beschadigen. Je moet vastleggen wat de samenstelling van de bronslegering is, zodat die hersteld kan worden als je er zelf niet meer bent.'
Der Lügner in Osnabrück (2005) (foto OS Meyer, wikimedia commons)
Jurrie Poot e.a., Nicolas Dings. Zwolle, 2004.
Openingsfoto (portret): Peter de Ronde.