Wilbert Smulders over De Gemeenschap als literair tijdschrift

Op vrijdagmiddag 24 januari hield Wilbert Smulders, universitair hoofddocent Moderne Nederlandse Letterkunde aan de Universiteit Utrecht, een lezing over het tijdschrift De Gemeenschap in het Stadhuis Utrecht. Smulders vertelde dat hij blij was met de belangstelling voor zijn lezing over De Gemeenschap. Want de belangstelling voor De Gemeenschap was volgens hem niet altijd zo groot geweest, hier is de samenvatting die hij ons stuurde.

Smulders’ lezing viel in drie delen uiteen. Allereerst maakte hij duidelijk waarom het rechtse imago dat De Gemeenschap (1925-1941) aankleefde, de reden was dat het tijdschrift na de Tweede Wereldoorlog decennialang enigszins verdacht te boek stond. Het tijdschrift werd in de naoorlogse literatuurgeschiedenis dan ook weggezet als de literaire verschijning van een overleefd, antimodern wereldbeeld, aangehangen door schrijvers en dichters van een zuil, die inmiddels uiteengevallen was.

Vervolgens reconstrueerde hij de context van voor, tijdens en vlak na de Eerste Wereldoorlog om duidelijk te maken dat er in de toenmalige samenleving een kleine, maar subcultuur van schrijvers, dichters en kunstenaars bestond, die op idealistische, provo-achtige manier wilde afrekenen met de liberale, negentiende-eeuwse samenleving, die naar hun oordeel geheel verzand was in wat zij ‘eindeloos democratisch geleuter’ noemden. In deze generatie-brede, rechts-georiënteerde beweging speelden de katholieke jongeren rondom De Gemeenschap een opmerkelijke rol. De combinatie van hun diep geloof met hun voorkeur voor avantgarde-kunst als middel tot cultuurkritiek maakte dat De Gemeenschap zich achteraf gezien in een aantal opzichten kan meten met het toen internationaal befaamde tijdschrift De Stijl

Ten slotte ging Smulders kort in op enkele aspecten van De Gemeenschap: de inhoud van de eerste jaargang; de relatie met Hendrik Marsman; de grote waarde van Albert Kuyle als administratieve en creatieve motor van zowel het tijdschrift De Gemeenschap als de destijds spraakmakende, gelijknamige de uitgeverij (en diens afzwaaien in de jaren dertig in nazistische richting) ; het conflict tussen Albert Kuyle en Jan Engelman; en de vijftien jaar durende polemiek tussen De Gemeenschap-redacteur Anton van Duinkerken en Menno ter Braak, de voorman van het ‘paganistische’ tijdschrift Forum.

Wilbert Smulders over De Gemeenschap