De Gemeenschap 100 jaar
De Gemeenschap was een vanaf 1925 in Utrecht en vanaf 1935 in Bilthoven gevestigd tijdschrift en een gelijknamige uitgeverij van jonge katholieke intellectuelen tijdens het interbellum (1925-1941). In 2025 is er veel aandacht voor 100 jaar De Gemeenschap. In de periode januari-juni komen er exposities en activiteiten. Op deze pagina bundelen de samenwerkende partners hun informatie en hun activiteiten.
Het stadhuis van Utrecht is de plaats waar de viering van 100 jaar De Gemeenschap in januari 2025 start, met dank aan de gastvrijheid van Gemeente Utrecht en een programma van Historische Vereniging Oud-Utrecht in de maand januari.
Tentoonstelling 100 jaar De Gemeenschap - vrijdag 8 januari tot en met 30 januari 2025, Stadhuis Utrecht
In samenwerking van Lex van de Haterd en Oud-Utrecht is er de hele maand januari 2025 een tentoonstelling te zien in de hal van het stadhuis van Utrecht. In de tentoonstelling ‘100 jaar De Gemeenschap’ is De Gemeenschap te zien als interessant voorbeeld van een tijdschrift dat de modernistische stromingen in de kunst en in de literatuur van de jaren twintig en dertig een gezicht wilde geven. De Gemeenschap is, naast de tijdschriften De Stijl en Wendingen, van groot belang geweest voor het modernisme in Nederland in de periode 1925-1934. De medewerkers werden daarbij in de periode 1925-1930 vooral geïnspireerd door het expressionisme en het constructivisme en in de periode 1930-1934 met name door de Nieuwe Zakelijkheid (de nieuwe typografie en de nieuwe fotografie).
Lezing Lex van de Haterd - vrijdag 17 januari, Stadhuis Utrecht
Dr. Lex van de Haterd is neerlandicus, onderzoeker en publicist en is de initiatiefnemer voor het themajaar over 100 jaar De Gemeenschap. In 2008 promoveerde hij op het proefschrift ‘De waarheid hooger dan de leus. Over de beeldvorming rondom tijdschrift en uitgeverij De Gemeenschap 1925-1941’.
Hij vertelt in deze lezing over de oprichters van tijdschrift en uitgeverij De Gemeenschap, over het redactionele beleid en de blad- en fondsformule en over de belangrijkste vormgevers en beeldende kunstenaars ervan.
Een aantal organisaties neemt het initiatief bij de herdenking van 100 jaar De Gemeenschap:
- Museum Catharijneconvent, Utrecht
- Museum De Wieger, Deurne
- Literatuurmuseum, Den Haag
- Kunsthandel Pygmalion, Maarssen
- Nobilis Centrum voor prentkunst, Fochteloo
- Oude Stadhuis, Utrecht
- Salon Saffier, Utrecht
- Historische Vereniging Oud-Utrecht
De Gemeenschap
Het eerste nummer van het tijdschrift De Gemeenschap verschijnt in januari 1925 met een houtsnede van Henri Jonas op het omslag, een Christus tussen rokende fabrieksschoorstenen. Met dit omslag wordt de trend meteen gezet: modern katholiek, sociaal bewogen en met veel aandacht voor beeldende kunst en andere culturele uitingen.
De eerste redactie bestaat uit een groepje jonge katholieken, allemaal twintigers, uit Utrecht: de als kunstrecensent bij het progressief-katholieke dagblad Het Centrum werkzame Jan Engelman, de onderwijzer Henk Kuitenbrouwer en de architect Willem Maas. Het redactiesecretariaat is in handen van Albert Kuyle, pseudoniem van Louis Kuitenbrouwer, de jongere broer van Henk. Ook hij werkt als journalist voor Het Centrum. Kuyle is bovendien goed bevriend met Piet van Rossum, wiens acht jaar oudere broer Theo technisch directeur is van Het Centrum. Al met al voldoende redenen om voor elkaar te krijgen dat De Gemeenschap gedrukt kan worden op de persen van het Utrechtse dagblad Het Centrum. Van Kuyle kwam ook met het idee om een uitgeverij te starten. In de eerste twee jaren gaat het nog om een enkele uitgave maar als de samenwerking met de meesterdrukker Charles Nypels uit Maastricht in 1927 vaste vorm heeft aangenomen, volgen de uitgaven elkaar snel op: boeken van Marsman, Kuyle, Engelman, Van Duinkerken, Albert Helman (die aan het einde van de eerste jaargang tot de redactie van De Gemeenschap zou toetreden) en vele anderen.
Tijdschrift en boekuitgaven werden bijna zonder uitzondering modern vormgegeven door de Maastrichtenaar Charles Nypels en van 1930 tot 1934 door de Utrechter Andries Oosterbaan: omslagen en illustraties van expressionistische kunstenaars als Jozef Cantré, Charles Eyck, Henk Wiegersma en Otto van Rees; maar ook met opvallende, door het constructivisme beïnvloede, ontwerpen van de architecten Sybold van Ravesteyn, Willem Maas en Gerrit Rietveld.
Ruim 16 jaar lang kreeg elke maand een andere kunstenaar de opdracht een illustratie of een ontwerp voor het omslag van het tijdschrift te maken. Deze omslagen vormen samen een prachtige staalkaart van nu eens expressionistische dan weer constructivistische of typofotografische kunst.