Nieuws

F.F. van der Werf - een veelzijdig fotograaf

Frans Ferdinand van der Werf is een van de bekendste Utrechtse fotografen van de 20e eeuw. Hij maakte portretten, reclamefoto’s, reportages en persfoto’s. Het opvallendst echter is zijn vrije, artistieke werk dat vooral bestaat uit sfeerbeelden van de stad Utrecht, vaak in een scherp tegenlicht, stemmig winterkleed of omfloerste nevels. Het Utrechts Archief bezit een ruime collectie van zijn foto’s en opende op 19 november 2015 een expositie over het werk van deze veelzijdige fotograaf. Hieronder een artikel van Victor Lansink, vakspecialist beeldmateriaal bij Het Utrecht Archief, eerder verschenen in Tijdschrift Oud-Utrecht oktober 2015.

Schaatsende mensen op de bevroren Stadsbuitengracht te Utrecht met rechts de huizen aan de Tolsteegsingel 1945 55

Schaatsende mensen op de bevroren Stadsbuitengracht te Utrecht met rechts de huizen aan de Tolsteegsingel 1945.

Frans Ferdinand van der Werf werd in Utrecht geboren op 29 november 1903 als zoon van Fimme van der Werf en Jacoba Adriana van Gendt in het huis Kromme Nieuwegracht 15 te Utrecht. De uit Friesland afkomstige vader van Frans van der Werf was hoofd van de St. Willibrordusschool aan de Nieuwegracht, maar hij overleed al op vrij jonge leeftijd in 1914. De toen 10-jarige Frans bleef met zijn moeder en oudere zus in het monumentale huis aan de Kromme Nieuwegracht wonen. Na zijn schooltijd op het Stedelijk Gymnasium aan het Janskerkhof ging hij in militaire dienst met de vurige wens om luchtmachtofficier te worden. Tot zijn grote teleurstelling werd hij afgekeurd op zijn gezichtsvermogen en hij belandde bij de veldartillerie. Dit weerhield hem er niet van om voor een ander beroep te kiezen waarvoor de ogen minstens zo belangrijk zijn: fotograaf. Fotografie was tot dan toe voor hem een hobby geweest.

Camera Obscura 
In 1928 kreeg Van der Werf de kans om bij een fotograaf in Innsbruck (Oostenrijk) in de leer te gaan. Een bijzondere kans, want dergelijke buitenlandse stages waren in die tijd hoogst ongebruikelijk. Eind 1928 keerde hij terug in Utrecht en ging vervolgens nog enige tijd verder in de leer bij de bekende portretfotograaf Francis Kramer die destijds een studio en fotohandel had op het adres Biltstraat 99. Menig hoogwaardigheidsbekleder werd er geportretteerd. Op 30 mei 1930 begon Van der Werf voor zichzelf met zijn ‘inrichting voor moderne kunstfotografie annex photohandel’ in het ouderlijke huis aan de Kromme Nieuwegracht 15. Het huis kreeg de toepasselijke naam ‘Camera Obscura’. Deze naam prijkt nog steeds boven de ingang van het pand. Ook toepasselijk is de nog steeds aanwezige smeedijzeren lantaarn boven de ingang in de vorm van een ouderwetse platencamera met daarbovenop het spreekwoordelijke vogeltje waar de geportretteerde naar moet kijken. In de kelder van het gebouw richtte Van der Werf zijn donkere kamer in. De studio was op de beletage, maar hij fotografeerde zijn klanten ook graag in zijn woonkamer die hij smaakvol inrichtte met veel antiek dat hij overal vandaan wist te halen, een monumentale schouw van een oud grafmonument en lambriseringen naar ontwerp van de bekende architect en ontwerper F.W. Mengelberg. Van der Werf opende zijn zaak met een tentoonstelling met vrij werk met sfeervolle stadsbeelden van Utrecht, maar ook van andere steden zoals Amsterdam, Rotterdam en Nijmegen. Ook opnames die hij tijdens zijn verblijf in Oostenrijk had gemaakt werden geëxposeerd. De tentoonstelling werd enthousiast besproken in de krant en de zaken leken meteen voor de wind te gaan. De opdrachten die hij kreeg lagen vooral in de portretsfeer. Van der Werf richtte zich nadrukkelijk op een artistieke aanpak van de fotografie, wat zich uitte in een zorgvuldige pose en stemmige belichting van zijn klanten. Hij gebruikte daarbij de zogeheten ‘tangbelichting’ : de geportretteerde werd van twee kanten zijdelings belicht, waardoor de neuslijn en het voorhoofd enigszins in de schaduw vallen. In de fotografie is deze wijze van belichting nogal omstreden, maar Van der Werf wist hiermee een hoge mate aan plasticiteit met stemmige licht-donker contrasten in zijn portretfoto’s te bereiken.

Baggerwerkzaamheden in de Nieuwegracht te Utrecht onder de Quintijnsbrug 1930

Baggerwerkzaamheden in de Nieuwegracht te Utrecht onder de Quintijnsbrug 1930.

Baggerwerkzaamheden in de Kromme Nieuwegracht te Utrecht 1929

Baggerwerkzaamheden in de Kromme Nieuwegracht te Utrecht 1929.

Van der Werf heeft de sfeer van de stad Utrecht gevangen in vele sfeervolle foto’s van de singels en grachten. Hij heeft zich diverse malen mee laten voeren op de schuiten van baggeraars die aan zijn grachtenhuis voorbijkwamen. De Venetiaans aandoende gondels van de modderscheppers werden steevast halfrond omkaderd door de arcades van de tientallen bruggen over de grachten. Deze pittoreske stadsbeelden van Utrecht gaf Van der Werf uit in de vorm van prentbriefkaarten die hij signeerde en waarvoor hij soms bijzondere drukprocedés gebruikte, inclusief een ingedrukte moet rond het beeld, zodat de kaart méér dan een alledaagse foto werd en een kunstzinnige uitstraling kreeg. Ongetwijfeld had hij deze fotografische en artistieke aanpak bij zijn leermeesters opgedaan. 

Moderne Kunstfotografie 
Dat Van der Werfs onderneming van meet af aan een succes was, was voor een deel te danken aan het feit dat hij een handig netwerker was met een goed commercieel inzicht. Zijn uithangbord, reclamedrukwerk, advertenties en briefpapier hadden een eigen huisstijl. Mogelijk heeft hij ook een deel van de clientèle van Francis Kramer kunnen overnemen. In ieder geval wisten de Utrechtse hoogwaardigheidsbekleders al gauw de weg naar Van der Werf te vinden. Hoogleraren, de burgemeester, katholieke geestelijken en andere hoge functionarissen lieten zich graag in zijn studio vereeuwigen. Maar Van der Werf richtte zich ook op ‘gewone mensen’: hij adverteerde in de kranten voor ‘betere bruidsportretten’ en kinderportretten (‘Ik hoef daar niet stil te zitten’). Voor die laatste advertentie gebruikte hij een foto van zijn 2-jarige dochtertje Ati dat de telefoon oppakt. Die telefoon geeft wel aan dat Van der Werf zich vooral op de gegoede burgerij richtte, want telefoneren was voor de gewone man nog geen vanzelfsprekendheid in de jaren dertig. Overigens was de Inrichting voor Moderne Kunstfotografie van Van der Werf in deze jaren tot een waar familiebedrijf uitgegroeid. Want naast het poseren door zijn dochter, die in 1932 geboren was, was zijn belangrijkste medewerker zijn vrouw Jacoba Gijsbertha van Os van den Abeelen, met wie Van der Werf in datzelfde jaar getrouwd was. Zij assisteerde haar man bij het studiowerk, deed het werk in de donkere kamer en hield de boekhouding bij. Ook heeft zij kort voor de oorlog haar man tijdens ziekte enige tijd vervangen en daarmee werd ze de eerste vrouwelijke persfotograaf in Utrecht. Ook in de universiteitswereld vond Van der Werf veel opdrachten. Niet alleen de professoren kwamen voor zijn lens, ook studentenverenigingen, met name het katholieke Veritas, maakten veel gebruik van zijn diensten. In de jaarlijkse almanakken stonden regelmatig door hem gemaakte foto’s en het bestuur kwam, net als bij de burgemeester, persoonlijk bij de fotograaf langs om een exemplaar aan te bieden. Ook promovendi werden steevast door Van der Werf op de gevoelige plaat vastgelegd: op het bordes van het Academiegebouw en tijdens het onvermijdelijke promotiediner in Huize Molenaar.

Brand in het warenhuis Galeries Modernes 1939

Brand in het warenhuis Galeries Modernes 1939.

Brandweerman die een paspop redt uit het in brand staande warenhuis Galeries Modernes 1939

Brandweerman die een paspop redt uit het in brand staande warenhuis Galeries Modernes 1939.

Nieuwsfotograaf 
Naast zijn werkzaamheden als portret- en gelegenheidsfotograaf ontpopte Van der Werf zich in de jaren dertig ook als nieuwsfotograaf. Met goede connecties bij diverse kranten zoals het Utrechtsch Nieuwsblad en het Utrechtsch Katholiek Dagblad wist hij zich in zijn open sportautootje snel te begeven naar de plekken waar iets loos was. Enkele rampen die Utrecht in die jaren getroffen hebben, zijn door Van der Werf op trefzekere wijze vereeuwigd. Bijna iconisch zijn de foto’s van de grote brand in het warenhuis Galeries Modernes aan de Lange Viestraat op 13 maart 1939. Vanaf een hoog standpunt op het tegenovergelegen pand fotografeerde hij de brandende en rokende chaos van het warenhuis, dat in feite bestond uit een groot aantal aan elkaar gebreide, oude panden. De brand kon zich daardoor zeer snel uitbreiden. De overweldigende aanblik van de ramp vormt een schril contrast met het serene silhouet van de Domtoren op de achtergrond, die als een machteloze toeschouwer toekijkt. Vanaf de grond fotografeerde Van der Werf een brandweerman die een nog gave vrouwelijke paspop met een luchtig lentejurkje uit de brandende etalage had weten te redden. Het vastleggen van dit soort tragikomische taferelen is kenmerkend voor Van der Werf, die ook tijdens minder schokkende gebeurtenissen op het juiste moment wist toe te slaan met zijn camera, zoals met de foto van de collectantes bij de verkeersagent in zijn geblokte verkeersregelaarshokje op het kruispunt van de Neude en de Voorstraat. De verkeersagent is duidelijk van zijn stuk gebracht door alle vrouwelijke aandacht. Als een dominee op de preekstoel staat hij in zijn wachtpost, maar hij kijkt onthutst naar beneden als hij geacht wordt ook een duit in het collectezakje te doen. Het zijn juist deze straatfoto’s met alledaagse en (on)opvallende gebeurtenissen die de grootste aantrekkingskracht hebben. 

Drie collectantes van het crisis comit bij de verkeersagent op de Neude FF van der Werf 1934

Drie collectantes van het crisis comité bij de verkeersagent op de Neude, FF van der Werf 1934.

Propagandafoto’s 
Om te voorkomen dat hij opgepakt zou worden voor tewerkstelling door de Duitsers, hield Van der Werf zich regelmatig schuil in de rolluikenfabriek van Van Tussenbroek aan de Pieterstraat, die pal achter zijn huis aan de Kromme Nieuwegracht gevestigd was. Toch ontkwam Van der Werf niet helemaal aan de Duitsers. Rond 1942 maakte hij foto’s voor de Nederlandsche Arbeidsdienst (NAD), een soort door de Duitsers georganiseerde arbeidsdienstplicht voor jonge Nederlandse mannen en vrouwen. De dienstplichtigen verbleven in kampen in met name Noord- en Zuid-Nederland en voerden allerlei grond- en landbouwwerkzaamheden uit. Van der Werf maakte propagandafoto’s voor deze dienst van onder meer arbeiders die zich vol werklust met schop en spade naar hun werk begaven of zich trainden in sport en spel met lichamelijke oefening. De foto’s doen in hun geënsceneerde heroïek denken aan de films van Leni Riefenstahl (Triumph des Willens) maar onbekend is of Van der Werf hier door beïnvloed kan zijn geweest en evenmin in hoeverre hij deze foto’s al dan niet vrijwillig maakte. In ieder geval is de uitvoering van deze opdracht hem na de oorlog wel kwalijk genomen, maar het heeft geen consequenties voor de verdere uitoefening van zijn vak gehad. Ook zijn twee beste vrienden, die beide van Joodse afkomst waren, bleven hem trouw. In de meidagen van 1945 maakte Van der Werf overigens prachtige foto’s van de gebeurtenissen rond de bevrijding. Niet alleen de uitgelaten sfeer in de stad kwam in beeld, maar ook de schermutselingen met Duitsgezinden en de aftocht van de ontwapende Duitsers richting De Bilt. In de naoorlogse jaren kreeg Van der Werf veel leden van het Koningshuis voor de lens. Het aantreden van Juliana in 1948 was aanleiding voor een uitgebreid bezoek van het Koningspaar aan Utrecht, waarbij Van der Werf op verschillende plekken in de stad zowel close-ups als overzichtsfoto’s wist te maken. Daarbij ontging hem ook het tomeloze enthousiasme van het publiek niet dat zelfs op keukentrapjes balanceerde om maar niets van het schouwspel te missen. Van der Werf maakte in 1948 ook een officieel portret van de prinsessen Beatrix, Irene en Marijke, waarbij hij op subtiele wijze de oogafwijking van Marijke wegretoucheerde. Deze foto viel bij de Koninklijke familie zodanig in de smaak dat zij Van der Werf een officiële bedankbrief stuurde en vele nabestellingen deed. 

Bezoek van Koningin Juliana en Prins Bernhard aan de stad Utrecht tijdens aankomst op de Stadhuisbrug 1949

Bezoek van Koningin Juliana en Prins Bernhard aan de stad Utrecht tijdens aankomst op de Stadhuisbrug 1949.

Bezoek van Koningin Juliana en Prins Bernhard aan de stad Utrecht tijdens een opvoering van het kinderspel Jan Lustig op het Maasplein

Bezoek van Koningin Juliana en Prins Bernhard aan de stad Utrecht tijdens een opvoering van het kinderspel Jan Lustig op het Maasplein.

Afbeelding van het publiek op het Maasplein te Utrecht tijdens de opvoering van het kinderzangspel Jan Lustig ter gelegenheid van het bezoek van Koningin Juliana en Prins Bernhard 1949

Afbeelding van het publiek op het Maasplein te Utrecht tijdens de opvoering van het kinderzangspel Jan Lustig ter gelegenheid van het bezoek van Koningin Juliana en Prins Bernhard 1949.

Fixeren en spoelen 
In deze periode richtte Van der Werf zich steeds meer op het persfotowerk, terwijl zijn vrouw de portretstudio runde. Het vrije, artistieke werk raakte op de achtergrond. Van der Werf werkte op freelance basis als ‘eerste fotograaf’ voor het Utrechtsch Nieuwsblad. De snelheid waarmee de foto’s geleverd moesten worden, kwam de kwaliteit niet altijd ten goede, met name in technisch opzicht. Het fixeren en spoelen van de foto’s werd soms afgeraffeld, waardoor de foto’s slecht houdbaar waren en ongeschikt voor opname in het fotoarchief van de krant. Van der Werf maakte dit zelf kenbaar door ‘Deze foto is niet houdbaar’ te stempelen op de achterzijde. De krant had hier een oplossing voor door de foto achteraf alsnog in een fixeerbad te dompelen. Dat deze methode toch niet helemaal de juiste was, blijkt wel uit het feit dat veel van zijn persfoto’s uit de jaren vijftig ernstig verkleurd zijn. In 1962 besloot Van der Werf dat het mooi was geweest met de fotografie. De hectiek van het persfotowerk werd hem teveel en hij stuurde zichzelf met pensioen. Met zijn vrouw verhuisde hij naar een voormalige hoeve in het Brabantse Velp bij Grave. Hij stopte volledig met de professionele fotografie om zich te wijden aan zijn nieuwe hobby: tuinieren. In 1964 verkocht hij een groot deel van zijn negatievenarchief aan het toenmalige Gemeentearchief Utrecht. Op 1 november 1984 overleed Frans Ferdinand van der Werf op bijna 81-jarige leeftijd.

Foto’s: F.F. van der Werf, Het Utrechts Archief

Bijlage onder deze pagina: het artikel van Victor Lansink, vakspecialist beeldmateriaal bij Het Utrecht Archief, eerder verschenen in Tijdschrift Oud-Utrecht oktober 2015.

Gezicht onder de Weesbrug door op de Oudegracht te Utrecht met op de achtergrond de Smeebrug

Gezicht onder de Weesbrug door op de Oudegracht te Utrecht met op de achtergrond de Smeebrug.

Julianapark te Utrecht met enkele wandelaars op een mooie herfstdag 1930 55

Julianapark te Utrecht met enkele wandelaars op een mooie herfstdag 1930.

Overhaalschuitje van de gemeente Utrecht in de Vecht ter hoogte van de Rodebrug toen deze wegens werkzaamheden in 1934 tijdelijk voor verkeer gesloten was 1934

Overhaalschuitje van de gemeente Utrecht in de Vecht ter hoogte van de Rodebrug toen deze wegens werkzaamheden in 1934 tijdelijk voor verkeer gesloten was 1934.

Stadsbuitengracht te Utrecht met links een praam 1930 40

Stadsbuitengracht te Utrecht met links een praam 1930.

Twee mannen op het terras voor het Centraal Station 1937

Twee mannen op het terras voor het Centraal Station 1937.

Vrouw met een handkar met fruit op de Oudegracht 1930 35

Vrouw met een handkar met fruit op de Oudegracht 1930.

Twee werklieden die de windwijzer op de spits van de Domtoren Domplein schoonmaken 1940

Twee werklieden die de windwijzer op de spits van de Domtoren Domplein schoonmaken 1940.

Fotograaf FF van der Werf UN 29 september 1962

Fotograaf FF van der Werf UN 29 september 1962.

Bijlage(n)
FF van der Werf, artikel in Tijdschrift Oud-Utrecht 2015