Vlucht, vlucht! Het water komt!
Op 25 november hield Henk Nobbe van Waterschap Vallei en Veluwe voor Oud-Utrecht een lezing over de waterstaatkundige geschiedenis van de Gelderse Vallei. Hieronder een verhaal uit Tijdschrift Oud-Utrecht over de watersnood van 1855 in Veenendaal en de opvang van vluchtelingen in de Geertekerk in Utrecht.
Op 5 maart 1855 werden onder andere Veenendaal en De Klomp zwaar getroffen door een watersnood. Oorzaak van deze catastrofe was een winter met veel sneeuw en ijs gevolgd door plotse dooi. Ondanks dijkbewaking brak maandag 5 maart rond 15.30 uur de Wageningse Grebbedijk door bij de Plassenwaard/de Blauwe Kamer. Er werd een gat geslagen van 100 tot 150 meter breed waar ijs en water met geweld naar binnen spoelden. De boerenhofsteden ‘Het Verdriet’ en ‘Groote Doove’ werden terstond met de grond gelijk gemaakt. In de Nude te Wageningen braken de bomen als lucifershoutjes af en vanaf de Seinpost op de bergrand klonken kanonschoten. Een renbode hoog gezeten op zijn paard vertrok met spoed naar het wolkammersdorp Stichts (300 inwoners) en Gelders (1700 inwoners) Veenendaal en De Klomp, met achter hem het aanstormende rivierwater van de Neder-Rijn. Aangekomen schreeuwde hij de bevolking toe: ‘Vlucht, vlucht, het water komt!’ Dertien Veenendaalers konden zich niet bijtijds in veiligheid brengen en stierven de verdrinkingsdood. Op de morgen van 6 maart leek Veenendaal herschapen in een binnenzee. Vluchtelingen trokken naar de omgeving of zochten toevlucht in de Oude Kerk. De consistoriekamer werd ingericht als noodhospitaal, kinderen werden geboren, ouderen stierven. Deze Veenendalers moesten geëvacueerd worden naar de stad Utrecht.
Evacuatie naar Utrechtse Geertekerk
450 vaders en moeders met hun zuigelingen plus kinderen en ouden van dagen vertrokken naar de warme Geertekerk in Utrecht. Ze gingen via schuiten en daarna een speciale trein op zondag 11 maart naar Utrecht, stapten uit bij de Jeremiebrug en liepen naar het Geertekerkhof, aangegaapt door de Utrechters. In Veenendaal was de situatie catastrofaal, het water stond 2,5 tot 3 meter hoog, terwijl het huisraad door de straten dreef, ook trein en postverkeer kwam stil te liggen. In april verlieten tal van Veenendalers de Utrechtse Geertekerk om naar hun huis terug te keren-als dat niet was verslonden door het water-, de verbroken spoorverbinding te herstellen of te gaan werken. Een landelijke collecte bracht veel geld op. Tijdens de hoogwaterperiode van 1995 dreigde de Grebbedijk op dezelfde plek door te breken als op 5 maart 1855. Een uur lang heerste een lichte paniek in de Gelderse Vallei totdat bleek dat er een foutief bericht was doorgegeven aan de radionieuwsdienst.
Foto’s: Gezigten in de Geertekerk te Utrecht tijdens het verblijf aldaar der Veenendalers gedurende den watersnood van maart en april 1855, W.C. van Dijk, Het Utrechts Archief
Bron: Gert van Beek, Tijdschrift Oud-Utrecht 2002
Bijlage(n)
Veenendaalers op de vlucht na doorbraak Grebbedijk
Utrechtsche Provinciaale en Stads Courant van 13 maart 1855