Historisch café over de Utrechtse hoveniers terug te zien
Eeuwenlang voorzagen hoveniers de Utrechtse bevolking van voedsel. Tijdens het historisch café van 28 maart ging nazaat en landschapsarchitect Robbert Jongerius op aanstekelijke wijze aan de hand van zijn eigen familiegeschiedenis in op de achtergronden. De videoregistratie staat inmiddels online.
Een voorvader van Robbert Jongerius vestigde zich in de achttiende eeuw in Abstede, net buiten de Utrechtse stadswallen. Andere bekende hoveniersgebieden waren Pijlsweerd en Wittevrouwen. Hoveniers vormden een bijzondere en gesloten bevolkingsgroep, oud- of rooms-katholiek, met een eigen dialect, eigen klederdracht en eigen typische bijnamen. Het was een zwaar bestaan. Lange tijd verhandelden ze in alle vroegte hun waar in de Willemstraat in Wijk C. Later kwamen er veilingen aan het Paardenveld, de Croeselaan en Laagraven. Aanvankelijk brachten die welvaart. Maar Jongerius liet zien hoe de noodzakelijke schaalvergroting uiteindelijk ook zorgde voor de neergang van de Utrechtse hoveniers. Voor hemzelf heeft het verhaal overigens een happy end: op het complex van zijn vader startte hij samen met anderen de Koningshof, een initiatief om stadslandbouw te stimuleren en Utrechters te leren hun eigen voedsel te verbouwen. Vanaf 5 april weer iedere zaterdag geopend.
Het historisch café De Sok, De Bril, de Beer, de Blauwe: hoveniers van Utrecht is hier terug te zien.